De Slechtnieuwsletters van Lies follow-up: hoe gaat het nu?!
Met inzichten en antwoorden op veelgestelde vragen
Drie weken geleden alweer, schreef ik aflevering #23, de allereerste Slechtnieuwsletter van Lies.
Die specifieke aflevering bracht me veel. Het was fijn om het slechte nieuws op te schrijven, om woorden te geven aan mijn gevoel en die de wereld in te sturen. In plaats van alleen, voelde ik me verbonden. En ja, ik was moegestreden, maar niet verslagen.
Daarnaast gaf de publicatie van die nieuwsbrief me een paar inzichten die ik graag met je deel:
Mensen lezen liever over leed, dan over succes (de vorige aflevering was de best-gelezen nieuwsbrief ooit en stoot de aflevering over mijn vriend de niet-lezer van de troon ;))
Nieuwsbrieflezers zijn lief (dank voor je steun!)
Open zijn over tegenslagen, is nog altijd een taboe
Ook kreeg ik de afgelopen weken veel vragen. In deze Slechtnieuwsletters van Lies follow-up beantwoord ik de meest gestelde. Komt -ie:
Ben je (nog altijd) echt oké?
Ook ik was de eerste dagen huiverig. Was ik echt oké? Maar het antwoord is nog altijd ‘ja’. Ik heb het slechte nieuws geaccepteerd, me overgegeven aan mijn moeheid en me omringd met lieve mensen. Oktober werd herstelmaand, een periode waarin ik de tijd nam om te lanterfanten en me te focussen op alles wat er wél is.
Hoe dan?
Tja. Omdat ik het kan dragen? Ik voel me niet afgewezen of mislukt. Ik ben niets verloren: nog altijd ben ik schrijver, ben niet afhankelijk van de inkomsten van mijn romans (wat ik ermee verdien is meer een soort bonus, of vakantiegeld). In feite verandert er dus niet zoveel. Mijn tweede roman komt voorlopig nog niet uit, that’s is. Al betekent dat trouwens niet dat het verwerken van de tegenslag mentaal soms best een uitdaging was.
Ga je nu naar een andere uitgever?
Dat ben ik voorlopig niet van plan. Ik vaar op de mening van mijn uitgever en geloof dat het manuscript dat ik heb ingeleverd, in deze vorm dan, niet interessant/goed genoeg is.
Stond je zelf eigenlijk wel achter het manuscript?
Ja en nee. Ik was erg onzeker over wat ik probeerde met het verhaal. Ik legde de lat torenhoog door allemaal dingen te willen: een ander vertelperspectief, twee hoofdpersonen, een ingewikkelde verhaallijn. Achteraf gezien besef ik dat ik teveel schreef met mijn hoofd en dat mijn gevoel er achteraan hobbelde. Dat doe ik liever andersom: intuïtief schrijven en dan later denken over hoe alles mooi in elkaar schuift.
Wat doe je met het afgewezen manuscript?
Voorlopig niks. Het ligt mooi opgeborgen in de cloud. Wie weet pak ik het er over een paar maanden weer eens bij, of pas over een jaar. Of twee..
Vind je het niet zonde van de tijd die je erin hebt gestoken?
Mwah, dat valt wel mee. Ik zie het als onderdeel van het proces. Van mijn ontwikkeling als schrijver (en mens!). Maar ook als risico van het vak. Een roman schrijven ís heel moeilijk. Helemaal zo’n tweede boek, omdat te veel nadenken op de loer ligt. Het schrijfproces van Waar ik liever niet kom was heel onbevangen, omdat ik geen idee had wat ik deed. Daar wil ik naar terug, naar ‘gewoon schrijven’, zonder allemaal dingen te willen/moeten.
En nu, wat doe je nu?
In de zomer heb ik mijn freelance werk weer opgepakt. Voor NU.nl schrijf ik wekelijks voor jongeren, ik schreef een interview voor Flair, gaf een gastles aan Studenten.com, ben adviseur bij het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek. En er zit nog van alles in de pijpleiding..
Ben je van plan om weer te gaan schrijven?
Jazeker! Sterker nog: ik ben deze week weer begonnen. Ik werk verder aan een romanidee dat in de zomer ineens ontstond. Geen geforceerd denkwerk meer, maar ‘gewoon’ schrijven. Mijn gevoel volgen, in plaats van mijn hoofd. Had ik eerder moeten doen..
Dat was ‘m voor nu, maak er een mooie dag van!
Veel liefs,
Liselotte (vanuit mijn thuiskantoor, in plaats van caravan)
Pssst! De vorige afleveringen van Nieuwsletters van Lies gemist? Hieronder lees je de laatste drie: